zondag 20 oktober 2024

Zuidelijk Zuid Afrika deel 2 met, Hermanus, Caledon, Bontebok NP en Ladismith

Maandag 16 oktober reisden wij van Kaapstad naar Caledon voor onze volgende twee overnachtingen. We deden dat echter via Hermanus, om daar Walvissen proberen te spotten. Met name Jolanda was nog niet bekend met de Zuidkaper, of Southern Right en wilde deze imposante dieren heel graag zien. Wij hadden ze zes jaar terug al prachtig kunnen zien vanaf de rotsen bij Hermanus, maar een mogelijke tweede waarneming van deze walvissen was voor ons bepaald geen straf. 

We kregen te maken met een eerste omleiding, vanwege de vele aardverschuivingen van de laatste tijd, na het hevige noodweer dat hier enige weken geleden had huisgehouden. Eenmaal in Hermanus, konden wij de dieren aanvankelijk niet vinden en reden naar een volgend viewpoint, waar ik gelukkig twee tot drie keer een blow zag. Aan een klein bootje met Whale spotters, dat verderop in de baai rondvoer, zagen we dat we meer oostwaarts moesten gaan zoeken. 


Uiteindelijk vonden Marian, Jolanda en Dennis de eerste Zuidkapers bij Voëlklip Beach. 


De dieren hadden met hun sonar kennelijk ontdekt, dat Jolanda bij de waterlijn zat, want ze gaven een spectaculaire show weg. Ze waren prachtig te zien en iedereen genoot er dan ook volop van. 





We moesten echter door naar ons logies in de omgeving van Caledon, dat wij via alweer een omleiding tegen de avond pas bereikten. Black Eagle Lodge was werkelijk schitterend gelegen in de kom aan het eind van een vallei, met bergen op de achtergrond. Het was een ruime lodge, met voldoende slaapkamers, een mooie waranda met gazon er voor en uitzicht op een kleine vijver en het wijdse dal er achter. Aan de oost en zuidzijde was er een overweldigende bloemenpracht. 




De schitterende Protea's met hun nectar, hadden een enorme aantrekkingskracht op met name Kaapse Suikervoëls en verder o.a. Klein-rooibandsuikerbekkie en Kaapse Glasogie. 










Hier bij - Black Eagle Lodge - hadden wij extra een rustdag ingelast. Alleen de naam al is meer dan inspirerend. In 2017 zag ik trouwens m.b.v. mijn neef Paul, een nog maar net uitgevlogen jonge Zwarte Arend en kort hierna ook de beide adulte vogels, in Walter Sisulu Botanical Gardens aan de rand van Johannesburg. Zie daarvoor mijn Blogs over die reis, die ik vanaf november 2017 online plaatste. Nu was er dus alle tijd om die dag de flora en fauna in de buurt van onze lodge te bekijken. 









Het leverde nog mooie waarnemingen op van Yellow Bishop/Kaapse Flap, een fraai gekleurde Baard-Agame op het gazon voor de vijver, een groepje Grey Winged Francolin/Bergpatrys met jongen en twee Helmeted Guineafowl/Gewone Tarentaal. De volgende ochtend ging de reis weer verder naar het oosten en brachten we in de middag een bezoek aan Bontebok National Park bij Swellendam, alvorens naar ons volgende logies te rijden. 

Onderweg daar naar toe zagen wij nog een mooi gekleurde en getekende vogel op een paaltje zitten. De vogel zat deels met zijn rug naar ons toe, maar toch lukte het om snel een paar belangrijke kenmerken vast te leggen, zodat wij hem konden determineren als Cape Longclaw (let op de lange achterteennagel)/Oranjekeelkalkoentjie (let op de oranje gekleurde kin en keel, afgezet met donkere band, de geeloranje buiken borst en de de witte randen en toppen van met name de buitenste staartpennen). Doordat Marian reed en dus rechtsvoor zat (men rijdt er links), kon zij nog net een deel van de keel van de vogel begrensd door de zwarte band vastleggen (zie de tweede foto). 




Bij aankomst bij het informatiecentrum van National Park Bontebok, zagen wij opeens aan de rand van het veld waar je de auto's kon parkeren, een Egyptische Mangoest, een geduchte slangen jager. 




Door de vele regenval van de voorbije weken, viel het nog niet mee, om met onze twee auto's een rondrit te maken door dit kleinschalige park. De vele vaak diepe plassen op de onverharde weken, maakten dit tot een echte uitdaging. Al snel zagen we op behoorlijke afstand de eerste Bontebok antilopen, een endemische soort die gelukkig van de ondergang werd gered, mede door de oprichting van dit National Park. Even later gevolgd door kleine groepjes Bergzebra's, ook al zo'n kwetsbare soort. 




Bij een volgende stop, zagen we een tamelijk grote Landschildpad, het nest en een man Cape Weaver/Kaapse Wewer, maar deze was niet in broedkleed en een African Stonechat/Gewone Bontrokkie (onze Roodborsttapuit is daar een ondersoort van). 





Een werkelijk prachtige ervaring, was een solitaire Bontebok, die heel langzaam op ons toe kwam lopen. We konden nu nog beter de schitterende tekening van het dier zien, met o.a. de fraai gestileerde oorschelpen, de prachtig uit ringen opgebouwde horens en het mooie licht-donker contrast van de huid.
Evenals veel andere grote zoogdieren, moest ook dit prachtige dier zien te dealen met de vele vliegen op zijn huid. 



Bij terugkeer bij de receptie, zag ik nog een paar Brimstone Canary's/Dikbekkanaries en een Crowned Lapwing/Kroonkiewiet. 




Het liep inmiddels al tegen einde middag, zodat wij snel koers zetten naar ons volgende logies in de buurt van Swellendam. Dat huis was gebouwd rondom een Spaans - Arabisch aandoende binnenplaats met kleine vijver en had een prachtig zicht vanuit de grote tuin, op de omliggende bergen. 



De eerste ochtend voelde ik mij daar niet helemaal senang en bleef een paar uur op bed. Maar ja, half ziek/niet helemaal fit, vogelen gaat altijd door. Vanuit mijn bed kon ik in een spiegel aan de overzijde van het vijvertje een groepje Zwaluwen - Greater Striped Swallow/Grootstreepswael - zien zitten. Het gaf zo'n apart beeld, dat ik besloot er snel een foto van te maken.


Marian, Jolanda, Mirte en Dennis, maakten deze dag een uitstapje naar Nature Reserve De Hoop, gelegen aan de kust voor Cape Infanta. Annemiek bleef bij mij en was o.a. druk met het ophangen van de was.
De middag heb ik grotendeels doorgebracht op een van de ligbanken op het terras, om daar wat te lezen en te genieten van het uitzicht. 

De volgende ochtend 20 oktober, kon ik voor ons vertrek naar Oudtshoorn gelukkig toch weer met nieuwe energie, aandacht schenken aan de vogels. Al snel zag ik een jonge Klauwier, die wat aan het opdrogen was van eerdere regenbuien. Ik zocht de ouder vogel(s) en vond die even later, helemaal achterin de tuin op het hekwerk, in gezelschap van nog een jong. Het bleken Bokmakieries, behorend tot de Green Bushshrikes, een soortengroep met olijfgroene rug en fel gekleurde keel, borst en buik. 





Kort voor vertrek dook er opeens een man Kaapse Wever/Kaapse Wewer op. 



Hierna was het de laatste spullen inpakken en op weg naar Oudtshoorn via de Little Karoo. We namen daarvoor een wat noordelijker route via Berrydale en Lemoenshoek, zodat we wat meer indrukken op konden doen van het wat ruigere landschap van de Little Karoo. Bij Lemoenshoek, vonden wij een leuk koffietentje, met waranda en een paar tafeltjes en stoelen voor de gasten. Het lag aan een vrij kleine plas, die nagenoeg dicht gegroeid was met waterplanten en begrensd werd door rietkragen. 

Laat dat nu net een ideaal biotoop zijn voor de Southern Red Bishop/Rooivink en ....jawel, onze Cape Weaver/Kaapse Wewer. Beide soorten lieten zich prachtig zien vanaf de waranda, waarbij een Red Bishop mannetje helemaal de show stal, door een paar maal op imponerende wijze te baltsen. Zie daarvoor onderstaande foto's, waarbij ik ook nog een opname van een veel minder opvallend gekleurde Red Bishop Lady heb toegevoegd en een Wever vrouw met een rupsje in haar snavel onder een nestopening. 







We moesten echter snel weer door, maar maakten toch nog een korte stop langs een binnenweg om het ruige en verlaten landschap van de Little Karoo in ons op te nemen. De variatie aan planten die van schrale droge grond houden, zoals wilde Kamille, Thijm, Gageldoorn etc.was enorm. De vogels daarentegen lieten zich niet/nauwelijks zien, of horen. Helaas dus ook geen Trap-achtigen zo snel kunnen ontdekken hier. 


We reden verder en kort na het middaguur bereikten wij Ladismith (officiële spelling volgens de routekaart). Hier vonden wij een gezellig restaurantje voor de lunch, met een kleine voortuin en een uiterst vriendelijke eigenaar. 


Gelukkig waren hier wel wat leuke vogelsoorten te zien, zoals Laughing Dove/ Rooiborsduifie en ja echt, toch nog een andere Weversoort: Southern Masked Weaver/Swartkeelgeelvink. We zeiden onze gastheer gedag en gingen toen verder oostwaarts richting Oudtshoorn. 






Tegen einde middag arriveerden wij uiteindelijk bij De Oue Werf, een leuke accommodatie met allemaal verspreid gelegen vakantiehuisjes op een parkachtig terrein bij Schoemanshoek iets ten noorden van Oudtshoorn. Annelie het schoolvriendinnetje van Kees, de man van badmintonmaatje Janny, zwaaide hier tot voor kort de scepter, maar haar dochter en schoonzoon hadden dat nu van haar overgenomen. 

In deel 3 van dit reisverslag laat ik beelden zien van het vogelleven op het terrein van De Oue Werf en naaste omgeving, een Wildlife safari bij Botlierskop, National Park Wilderness bij Sedgefield en Storms River Mouth National Refuge.